Plaatsbeoordelingen
Prelaatsdreef
place_like
In het centrum van Zwijnaarde ligt – verdoken achter de huizen van de Dorpsstraat – de indrukwekkende Prelaatsdreef. Deze onverharde dreef naar het kasteel van Zwijnaarde vormt heden de trage weg nr.23 tussen de Joachim Schayckstraat en het Scheers, aan het Oud Gemeentehuis, gelegen aan het kruispunt waar de Dorpsstraat , de Heerweg-Noord, de Heerweg-Zuid en de Hutsepotstraat samenkomen. In het noorden grenst de dreef aan het Etienne Della Faillepark en in het zuiden aan de pastorietuin en het kerkhof. De dubbele dreef is volgens de “Groenwijzer”, in 2001 uitgegeven door de dienst plantsoenen van de stad Gent, 0,75 ha groot en bestaat vooral uit beuk, linde en eik. Daarnaast komt er spontane onderbegroeiing van esdoorn, olm, kastanje, vuilboom, wilg, vlier en lijsterbes voor. In het zuiden, naast het kerkhof toe staat er een bakstenen kapel toegewijd aan de H. Theresia van het kind Jezus, gebouwd in 1924 en heropgericht in 1970. In het noorden, bij het Scheers, staat een houten chalet dat gedurende de voorbije 44 jaar dienst deed als clubhuis van de Dreefbolders. In het voorjaar van 2019 hebben buurtbewoners onder inpuls van Michiel Dendooven er een nieuwe ontmoetingsplek gemaakt onder de naam “Chalaise’ (zie ook artikel in De Kiosk nr. 50). Bij de vroegere jaarlijkse veekeuring werd deze locatie ook gebruikt om er tijdelijk dieren te stallen. Het weren van autoverkeer en de plaatsing van banken en lichtpunten heeft de dreef tot een veilige en aangename speel- en leefomgeving gemaakt. Deze dreef is pas sedert 1988 opgenomen in de atlas der buurtwegen en heette toen simpelweg “dreve van het casteel” of Kasteeldreef. Pas in 1990 kreeg het officieel zijn huidige benaming. De geplande trage weg nr. 87 tussen de Prelaatsdreef en de Dorpsstraat over de pastoriesite wil men Prelaatspad heten. Het woord “prelaat” verwijst naar de abten van de Sint-Pietersabdij die de Heerlijkheid van Zwijnaarde bestuurden en het kasteel bewoonden. Een prelaat is dus een geestelijke met een eigen kerkelijk rechtsgebied. Aan de dreef van het kasteel is een oude volkssage verbonden. Volgens de overlevering komt een prelaat van de nabijgelegen “capella de Zuinarde” elke nacht rond het kasteel spoken. Met een vierspan rijdt hij eerst rond het domein om vervolgens langs de dreef te verdwijnen. (zie versie Eric De Keyser, Zwijnaarde. Zijn geschiedenis, zijn verhalen…en legendes, 2006, p.64-69). Zoals blijkt uit het stadsplan van Jacob Horenbault uit 1619 en de beroemde prent van Sanderus (1641) met het “Castellum Zwynaerde”, lag de oorspronkelijke dreef van het kasteel van Zwijnaarde niet waar hij nu ligt. Het kasteel bestond reeds zeker in de 14de eeuw en de dreef liep toen van het kasteel naar Ardoyen of Hertooie, langs een tracé dat nu gedeeltelijk wordt ingenomen door de Isabella Van Oostenrijkstraat. Op de “Figuratieve kaart van de parochie en heerlijkheid Zwijnaarde” (1683) is te zien dat de oude kasteeldreef niet grensde aan de pastorietuin. De dreef werd begin 19de eeuw verlegd naar zijn huidige plaats om onbekende redenen. Het bouwen van de E17 talud in de periode 1967/1972 had een zeer nadelig effect op het kasteeldomein en op de Prelaatsdreef, die hierdoor een stuk werd ingekort. Voor de Zwijnaardenaars was de dreef gedurende generaties een geliefkoosde plek om te wandelen en te spelen. Het aanpalende Etienne Della Faillepark ontstond veel later. De verkaveling werd gerealiseerd door de projectontwikkelaar Matexi op de gronden van de bloemisterij Van Gele. In De Kiosk nr. 51 verscheen een artikel van Geert Goethals en Rita Dua over de Bloemisterij Van Gele. Daarin lees je o.a.: “Het “mattekot” langs de Prelaatsdreef (stapelplaats voor de matten tegen de zon) werd door de Zwijnaardse jeugd gebruikt als vrijerskot. Het ging er zo heftig aan toe, dat tweemaal brand uitbrak.” In 1973 werd de bloemisterij verkocht aan de graven Francois en Dorsan Goethals de Mude de Nieuwland en werd ”Bloemisterij de Mude”. In 1988 verkavelde de bouwmaatschappij Matexi de bloemisterij tot het della Faillepark. Sedert 1988 is de stad dus eigenaar van de dreef , reden waarom deze toen pas werd opgenomen in de Atlas der Buurtwegen. De dreef wordt sedertdien onderhouden door de stedelijke diensten. In 2011 werden er buisleidingen door gelegd. Op voorstel en initiatief van wijlen Arthur De Decker (1952 – 2020) werd de Prelaatsdreef opgenomen als te bestemmen groen in het ontwerp-RUP 169, dat door de stad Gent wellicht in 2020 of 2021 zal aangenomen worden De Prelaatsdreef is echter niet erkend als landschappelijk erfgoed of als dorpsgezicht of monument. Zoals beschreven door Arthur De Decker in De Kiosk nrs. 45 en 49 heeft het Agentschap Onroerend Erfgoed op 16 augustus 2018 geoordeeld dat deze dreef niet in aanmerking komt voor een bescherming omdat ze niet meer over voldoende hoge erfgoedwaarde beschikt. Door de aanleg van de E17 is de zichtas tussen het kasteel en het dorp immers verbroken. De dreefstructuur met kapelletje beschikt echter wel nog over voldoende erfgoedwaarde voor een opname in de inventaris van houtige beplantingen. Dus werd de dreef opgenomen in de inventaris en geniet ze voortaan wel reeds enige bescherming. Zie https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/306449. Bron: verschillende documenten opgesteld door Arthur De Decker. Foto MDJ / kaart 1853.
Plaats waar ik vaak kom
place_alot
Hier kom ik vaak om te wandelen (Aerjen)
Plaats waar ik graag ben
place_like
Hier gaan we vaak naartoe met de school en ik ben hier graag omdat we hier leuke activiteiten doen. (Rita)
Plaats waar ik vaak kom
place_alot
Ik kom hier om te wandelen (Marco)
Plaats waar ik graag ben
place_like
Ik hou van bos en natuur (Lotte)
Plaats waar ik vaak kom
place_alot
Hier kom ik vaak om te wandelen of te fietsen (Hanne)
Groen en rust
place_like
Een van de weinige plaatsen er nog (oude) bomen staan, en het is hier rustig.
Mooie groene omgeving
place_like
Ontmoetingsplek
place_meet